De jaarlijkse aanvullende vergoeding? Wat is dat?

3 december 2018

In 2011 besliste Europa om de beschermingstermijn voor muziekopnames te verlengen van 50 naar 70 jaar. Een platenmaatschappij geniet zo van 20 jaar extra bescherming, en als muzikant met een artiestencontract geniet je 20 jaar langer van een royalty op de inkomsten. Maar dat is niet zo voor de sessiemuzikant die zijn rechten heeft overgedragen aan de platenmaatschappij voor een éénmalige forfaitaire vergoeding, of voor de muzikant die ooit uitgekocht is geweest via een eenmalige betaling door de producenten.

Is de overgang van 50 naar 70 jaar bescherming in dit geval correct?

70 voor de prijs van 50? Dat is een stevige korting… Omdat de Europese wetgever wilde dat de verlenging van de termijn in het voordeel van alle muzikanten zou werken, verplichtte ze de platenmaatschappijen om na het verstrijken van de termijn van 50 jaar hun inkomsten alsnog te delen met die muzikanten aan wie ze geen royalty-vergoeding betalen. Dit door jaarlijks 20% van de inkomsten uit die opnames (d.w.z. van de PPD) over te maken aan een voor deze  muzikanten representatieve collectieve beheersvennootschap.

In 2017 werd PlayRight aangesteld voor het innen en verdelen van deze jaarlijkse aanvullende vergoeding in België.

De jaarlijkse aanvullende vergoeding geldt voor alle opnames vanaf 1963. Heb je  meegespeeld op een opname uit de periode 1963-1967 en krijg je daar geen royalty-vergoeding voor, controleer dan zeker zo snel mogelijk of die opnames in het PlayRight repertoire zitten. Als ze nog verkocht, gedownload of gestreamd worden, dan heb je voortaan namelijk recht op een deel van de inkomsten die daarmee worden gegenereerd.

Daarenboven is het zo dat de periode waarvoor de aanvullende vergoeding geïnd en betaald wordt, elk jaar met een jaar toeneemt. Bijvoorbeeld:

  • In 2019 zal voor het repertoire uit de periode 1963-1968 een aanvullende vergoeding afgerekend worden met de platenmaatschappijen,
  • In 2020 zal dan een aanvullende vergoeding afgerekend worden voor het repertoire uit de periode 1963-1969, etc.

Wij raden onze leden dan ook aan om zich niet te beperken tot de periode 1963-1967. Als je als muzikant actief was in de jaren ’60 en ’70, is het een goed idee om nu al na te kijken of jouw repertoire volledig werd aangegeven bij PlayRight. Een compleet repertoire is sowieso nodig om correct aanspraak te kunnen maken op alle inkomsten van de verschillende vergoedingsrechten die u toekomen, niet alleen de aanvullende vergoeding.

2018: Waar staan we nu?

Sinds de aanstelling van PlayRight als verantwoordelijke collectieve beheersvennootschap in België zijn wij hard aan het werk geweest om het innen van de aanvullende vergoeding te verwezenlijken. PlayRight is in gesprek met alle grote platenmaatschappijen in België en wij hopen in 2019 een eerste verdeling van de aanvullende vergoeding te kunnen realiseren.

Share This :
sluiten

Inloggen Lid worden