Sedert 2013 moeten alle inkomsten uit auteursrechten en naburige rechten verplicht worden vermeld in de belastingaangifte, onder de rubriek roerende inkomsten. Het gaat hier over de optelsom van al je inkomsten uit naburige rechten en auteursrechten. Niet enkel het bedrag dat je van PlayRight ontvangt, maar ook wat je eventueel ontvangt van een andere beheersvennootschap of van een producent.
Tot aan het grensbedrag van 59.970 EUR heb je recht op een voordelige roerende voorheffing van 15%. Boven deze grens moet de algemene voorheffing voor roerende inkomsten worden toegepast, met name 30%.
Maar, in de praktijk voegde de belastingadministratie deze inkomsten automatisch toe aan je beroepsinkomsten, waardoor ze werden belast aan het progressief tarief van 25% tot 50%. En dit draaide meestal uit in het nadeel van de uitvoerende kunstenaar. En dus werd aan het Hof van Cassatie gevraagd zich hierover uit te spreken.
Het Hof had geen oren naar de automatische herkwalificatie en besliste dat het voortaan aan de belastingadministratie is om aan te tonen dat de inkomsten uit naburige rechten beroepsinkomsten zijn. Bij gebreke daaraan moeten ze beschouwd worden als roerende inkomsten, ook boven het plafond van 59.970€.
En dat is goed nieuws! Ben je onlangs zelf getroffen door een automatische herkwalificatie, vraag dan zeker een herziening aan.
En laten we hopen dat deze uitspraak van het Hof van Cassatie nu ook de RVA en RSZ zal inspireren om het roerende karakter van naburige rechten te respecteren.